Columns Stelvio editie 2013
Voorwoord
Meedoen aan een sponsortocht is nogal niet wat. Vooral het gedeelte sponsorgeld is een hele opgave als je geen rijke suikeroom of -tante hebt.
Schrijven voor geld. Niet voor mijn eigen geld maar voor het goede doel. Met de onderstaande 13 columns heb ik een groot deel van mijn sponsorgeld bijeen geschreven. Ze zijn best goed gelukt daarom heb ik besloten deze columns op de website te zetten.
Mocht je na het lezen denken, ik wil meer weten over de Stelvio for Life en Barcode for Life google dan gerust maar haal het niet in je hoofd om de foto's van editie 2013 te gaan bekijken!
Voor nu veel leesplezier,
Marianne Vulperhorst
Een vlaag van verstandsverbijstering
Wanneer het is gebeurd en hoe, het is mij een raadsel maar ineens heb ik mijzelf ingeschreven om de Passo dello Stelvio te gaan beklimmen. Deze beklimming, per fiets, gaat plaatsvinden op zaterdag 31 augustus 2013.
Om aan deze sponsortocht mee te mogen doen is het de bedoeling dat iedere deelnemer minstens 1 euro betaalt voor elke af te leggen hoogtemeter. De beklimming gaat over 1.533 hoogtemeters dus reken maar uit.
Om het geld bijéén te brengen moet ik, van mijzelf, unieke acties verzinnen. Gewoon om geld vragen vind ik een beetje bezwaarlijk én kan altijd nog. Al denkende kom ik erachter dat ik eigenlijk vrij weinig kan waar een ander echt wat aan heeft. Oké, ik speel een aardig deuntje trompet maar één trompet is wat beperkt. Ik zou mijzelf kunnen aanbieden om slaapliedjes te komen spelen maar of dat het gewenste effect zal geven bij die kleintjes. Ik betwijfel het.
Ik heb een zeer gestructureerd en opgeruimd huis maar om bij anderen de CD- en boekenkast op alfabetische volgorde te gaan inruimen is ook niet zo geschikt. Als ik er zo over nadenk kan ik eigenlijk niks. Een oliebollen actie? Onmogelijk, ik kan niet bakken. Oppasservice? Uitgesloten, ik haat kinderen. Homemade wollen sjaals verkopen in deze koude wintermaand? Gaat niet lukken, veel te weinig tijd. Ooit eens 3 maanden gedaan over een pannenlap dus 1 sjaal is al een meer jarenplan.
1533 euro....hoe ga ik dat verdienen?
Inmiddels zijn er al een aantal acties uit mijn brein ontsproten. Eén van deze acties heeft u, waarde lezer, nu in handen. De kerstschalen actie is inmiddels ook in volle gang waardoor mijn voorheen zo prachtig steriele huis één grote bende is. Mos, eikeltjes, lintjes, kaarsjes, flesjes, siersteentjes, overal ligt wel wat. Aan de andere kant, de creaties zijn fantastisch! Het is dat ik de schalen heb verkocht anders hield ik ze allemaal zelf.
Ook voor de volgende maanden zijn er al acties gepland. Het 3-gangen diner voor €15,- per persoon met ijswater en een sapje. Maximaal 5 personen per avond en de atleet (dat ben ik dus) eet zelf ook een hapje mee. Ik ben geen keukenprinses maar mijn lasagne is beroemd en geliefd bij familie en vrienden. Er komt ook een loterij met leuke prijzen. Slechts €2,50 voor een lot! Enfin, de acties schieten als paddenstoelen uit mijn hersenpan.
Bij een etentje vertelde ik kortgeleden al bovenstaande sponsorplannen. Mijn tafelgenoten keken mij vol bewondering aan. Echter na korte tijd sloeg de bewondering enigszins om. "Hoe denk je die berg op te komen?" vroeg één van de disgenoten. " Ja dûh, op de fiets natuurlijk!" riep ik vol vuur. Dat bedoelde ze niet. Ze vroeg zich af of ik al een trainingsschema had.... Om eerlijk te zijn is het trainingsschema er tot nu toe een beetje bij ingeschoten. Ga ik nog wat aan doen. In januari heb ik tussen mijn commerciële bezigheden misschien nog wel even tijd. Heeft geen haast vind ik. We hebben het over slechts 21.1 kilometer, 34 haarspeldbochten, een gemiddeld stijgingspercentage van 7.1 % en de al eerder genoemde 1.533 hoogtemeters. Lijkt mij geen enkel probleem. Ik fiets namelijk bijna dagelijks van huis naar het UMCU en terug. Dat zijn toch 16 Hollandse tegenwind kilometers met 1 heel venijnig bruggetje over een aftakking van het Merwedekanaal. De fiets waarop ik dagelijks deze tocht onderneem is niet meer van het beste materiaal. Alleen versnellingen 1 en 7 doen het nog en de banden zijn chronisch te zacht. Ik heb dus dagelijks krachttraining.
Eigenlijk is die Passo dello Stelvio een verademing in vergelijking met mijn dagelijkse martelgang! Lees de website; http//stelvioforlife.nl er maar op na: " De uitzichten op de Passo dello Stelvio zijn prachtig en de klim is erg afwisselend!"
Trainen?
De voorbereidingen van mijn persoonlijke 'Tocht der Tochten' zijn in volle gang. Naast alle commerciële bezigheden heb ik de afgelopen dagen ook hier en daar wat tijd gevonden om na te denken over de fysieke en psychische training. Laat ik starten met een zeer belangrijke conclusie van de psychische voorbereiding: Ik ben van nature een zeer sportief persoon.
Eigenlijk is het gek dat ik niet in het jaaroverzicht van Studiosport zit. Ik ben dol op langebaanschaatsen maar ook veel Olympische zomer sporten laten mij niet onberoerd. Er is slecht een klein detail aan deze sportiviteit: ik bekijk deze sporten met veel plezier, ik beoefen ze niet. Wellicht dat men mij daarom bij de NOS nog niet heeft opgemerkt.
Dat ik de sporten bekijk en niet beoefen is helemaal niet erg, zelfs niet in het licht van de beklimming van de Passo dello Stelvio. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat alleen het denken aan sport al een lichamelijke vooruitgang te weeg kan brengen. Een aantal jaar geleden was er op radio 1, dat is toch een zeer gerenommeerde zender, een item over spierkracht verbetering in de pink. Door dagelijks te denken dat je de pink een aantal kilo laat tillen wordt de pink significant sterker. Dit onderzoek was prima uitgevoerd. De controle groep, de groep die geen gedachten training kreeg, was van elke persoon de andere pink. Met dit onderzoek in mijn achterhoofd heb ik de afgelopen weken niet alleen beiden pinken maar ook de oorlellen, knieën en bovenbenen getraind en ik kan u zeggen dat ik mij nu al een stuk fitter voel.
Er is tevens tijd geweest voor directe fysieke voorbereidingen. Tijdens de feestdagen heb ik de dagelijkse intake van vet, suikers, eiwitten en andere ingewikkelde voedingsstoffen aan banden proberen te leggen. In het bijzonder tussen 0.00 uur en 8.00 uur is dit heel aardig gelukt. Naast deze gewicht beperkende maatregelen heb ik ook daadwerkelijk in sportkleding rondgelopen de afgelopen weken. Sportkleding zit namelijk veel lekkerder dan die nette kerstkleding.
Om heel eerlijk te zijn heb ik ook echt gesport in mijn hippe sportkleding. Op tweede kerstdag stond ik al vroeg naast mijn bed om in de schemer door het park te gaan hollen. Terwijl heel Utrecht nog lag te sudderen in de kribbe was park Transwijk mijn persoonlijke trainingsveld. Eerst een rondje om het park heen om mijn terrein af te bakenen en daarna rondjes in het park zelf. De enige getuigen van deze sportieve uitspatting waren de varkentjes van de kinderboerderij en een roedel zeer agressieve ganzen. Ik weet overigens niet of het een roedel, kudde, school of vlucht ganzen moet zijn maar het gaat om het beeld.
De ganzen hebben mijn loopprestaties tot enorme hoogte weten op te stuwen. Al blazend en klapperend met de vleugels liepen die krengen een eindje met mij mee. Of eigenlijk achter mij aan. Alleen pure wilskracht heeft mij er toe gebracht te ontsnappen aan direct contact met de ganzen Akka, Kolme, Uxi, Nelja en Maarten. Ik kan mij niet herinneren dat de ganzen in het verhaal van Nils Holgersson zo aan hun territorium waren gehecht.
Inmiddels heb ik mijn looppraktijken verplaatst naar het fietspad langs het Amsterdam Rijnkanaal.Stuk veiliger dat wel, alleen de rondvliegende schijtende meeuwen zorgen weer voor een nieuwe uitdaging.
Volgend jaar ga ik, naar alle waarschijnlijkheid, eens nadenken over fietstrainingen maar je moet het allemaal rustig opbouwen. Het zou toch zonde zijn om al overtraind aan het nieuwe jaar te beginnen.
Topsporter
Het moment om echt heel hard te gaan trainen komt steeds dichterbij. Ik ben gezegend met een zeer levendige fantasie en ik waan mij dan ook, sinds 1 januari 2013, een echte topsporter. Topsporter zijn bevalt mij eigenlijk prima. Wat doet een topsporter eigenlijk de hele dag? Heel veel slapen en rusten een paar uurtjes per dag lekker trainen en vervolgens na een zeer voedzame maaltijd weer rusten. In mijn topsportfantasie is het wedstrijd seizoen nog niet begonnen dus de net beschreven topsportdag herhaalt zich dag in dag uit.
Topsporters leven op het randje van gezond en ziek. Als er teveel wordt gevraagd van het lichaam is de kans op overtraining of ziekte erg groot. Ik hoef uiteraard nog helemaal niet bang te zijn voor overtraining maar het eerste griepvirus heb ik, zoals het een echte topsporter betaamt al in de pocket. Ik vind mijzelf erg sneu in deze toestand. Er is niemand die voor mij een glaasje sap op het nachtkastje zet. Er is niemand die de paracetamolletjes in een bakje vla dompelt zodat die gore pillen nog een beetje weg te krijgen zijn. Er is niemand die mijn drijfnatte bedje verschoont na weer een koortsaanval. Er is niemand die mij een aai over de bol geeft en zegt dat het allemaal wel weer goed komt. Alles maar dan ook alles moet ik zelf doen. Ik strompel naar de keuken en verlies onderweg een slof. In de koelkast zoek ik een pak sap. Vers sap is er natuurlijk niet. Met mijn laatste krachten richt ik mij op mijn medicatie. Ik frommel de paracetamolletjes in een bakje appelmoes en werk deze al kokhalzend naar binnen. Terug in de slaapkamer sta ik rillend naast bed en verschoon het natte beddengoed. Op de rand van het bed dwing ik mijzelf tot het eten van Mariakaakjes zodat ik toch wat voedingsstoffen binnen krijg en mompel tegen mezelf dat het allemaal heus wel weer goed komt. Ooit....
Trainen zit er tijdens mijn ziekbed echt niet in. Mijn lichaam heeft rust nodig! Het stukje van de bank naar het toilet doet mij al in een hevige hoestbui belanden. Zo ernstig dat de buren een briefje onder de deur door schuiven met het verzoek of het allemaal wat zachter kan. Ach en wee, wat heb ik het toch zwaar als alleenstaande topsporter!
Tijdens mijn laatste koortsaanval vond ik mijzelf terug in de keuken. Blote voeten op de koude tegels starend in de vuilnisbak. Waarom gaat het lichtje niet aan als ik op het voetpedaal druk? Ik herhaal de handeling een paar keer maar geen lichtje. Wat gek, denk ik er was toch altijd een lichtje? Na enige tijd besef ik dat de koelkast het lichtje heeft en niet de vuilnisbak. Dan zal het waarschijnlijk ook wel niet kloppen dat de buurman in de boom voor het huis hangt.
Na een week of twee te hebben genoten van de griep knap ik langzaam weer op. Het aantal pakjes zakdoekjes wat ik per dag wegsnuit is gehalveerd en de hoesbuien worden in frequentie minder. Ik pak langzaam het leven van de topsporter weer op. Veel rusten, slapen, goede voeding en... wat was dat andere ook al weer? Oh ja, trainen! Ik ben met het trainen natuurlijk nog heel erg voorzichtig want ik moet voorkomen dat ik een terugval krijg.
Dat ziek zijn heeft overigens wel één voordeel. De griep heeft een aanzienlijke gewichtsvermindering tot gevolg. Zonder enige training heb ik wel een afgetraind hoofd gekregen en mijn sportbroeken zitten veel minder strak.
Spierpijn
Wat een vooruitziende blik heb ik gehad toen ik een aantal weken geleden de titel van deze column alvast noteerde. Nou ja, vooruitziende blik...niet helemaal. De spierpijn die ik voor ogen had was de spierpijn die ik vaker heb als ik weer eens na een te lange rust periode ben gaan hardlopen. Die pijn in de bovenbenen na een stukje hollen is mij bekend. Die pijn is eigenlijk best een beetje fijn. Die pijn is het teken van 'luie kont van de bank'. Die pijn hoort erbij. De pijn waar ik nu mee kamp houdt langer aan en trekt niet weg. Waarde lezer, laat ik bij het begin beginnen....
Na alle flauwe smoesjes van drukte, ziekte en nog meer drukte gebruikt te hebben is de eerste trainingsarbeid eindelijk een feit. Het is half januari en.....ik heb er zin ân!
Het is nog erg koud buiten en omdat ik, teer popje die ik ben, een ontzettende schurft hekel heb aan kou, train ik binnen. Ik heb een hometrainer, ik heb wat gewichtjes en ik heb een matje waarop ik allerlei grondoefeningen doe. Jawel, het is in huize Vulperhorst een heus fitness walhalla.
Om de dag stort ik mij op mijn sportcarrière. Beetje buikspieroefeningen, beetje verticaal opdrukken, wat beenversterkende bewegingen, antikipfilet training en niet te vergeten het fietsen zelf. De eerste dag fiets ik in totaal 30 minuten waarvan 25 minuten op een licht- en 5 minuten op een zwaar verzet. Met die 5 minuten wil ik de Passo dello Stelvio nabootsen. Ik waan mij, met het zware verzet en een zo hoog mogelijke trapfrequentie, in het hooggebergte van Noord Italië.
Bij de volgende training bouw ik de intensiteit van het geheel een beetje op. Nog steeds hetzelfde gezwabber op mijn trainingsmatje met de oefeningen voor buik, benen, borsten en kipfilets maar de fietstraining moet zwaarder. In totaal 30 minuten fietsen waarvan 10 minuten op zwaar verzet.
De derde training in mijn eerste week houd ik gelijk aan mijn tweede. Ik moet tenslotte niet te hard van stapel lopen/fietsen. Training 3, de vrijdagtraining, verloopt best lekker en ik ben uitermate trots op mijzelf. Het zweet gutst van mijn hoofd en op het kilometertellertje zie ik dat ik al weer beter ben geworden in vergelijking met training 1 en 2. Ja, oefenen helpt!
Nog steeds reuze trots op mijzelf glijd ik van het zadel van de hometrainer en schut de benen nog even los. Au!!!!! Een snijdende, snerpende, felle, brandende pijn schiet in mijn linker lies. Als vervolgens de bult in de lies achterblijft ben ik, ondanks de aanhoudende pijn, enigszins gerust. Het is gelukkig geen liesbreuk.
Op internet lees ik dat liesklachten veel voorkomen bij lopers. Ik ben werkelijk een wonderkind, geen meter gelopen en wel de blessure te pakken. Maakt mij overigens wel nieuwsgierig naar mijn andere latent aanwezige talenten. Enfin, ik stort mij op de bijbehorende leefregels: rekken, strekken, koelen en masseren.
Dat rekken en strekken is nog wel te doen maar dat koelen en masseren! Een zak ijs in de lies is enigszins ongemakkelijk vooral als de zak ijs ietwat aan de grote kant is. Een te grote zak ijs koelt niet alleen de lies maar ook omliggende organen. Dat koelen behoort 4 tot 5 maal daags te gebeuren maar dat vertik ik. Ik kan natuurlijk niet in het openbaar met een zak ijs gaan rond sjouwen. Een zak ijs op je schouder is maatschappelijk geaccepteerd maar een zak ijs ter hoogte van het kruis is dat nog niet. Ook de lies masseren in de openbaarheid blijkt niet passend te zijn. Zelfs met de broek gewoon nog aan.
Zo loop je als geblesseerde sporter toch tegen een aantal taboes op.
Ondertussen loopt de CIZ-aanvraag voor thuishulp. Ik kan niet bij mijn voeten, buigen is onmogelijk in mijn toestand. Die voeten moeten toch een keer gewassen dus ik hoop dat ik zeer binnenkort de wijkzuster mag begroeten.
Geblesseerd
De spierpijn in mijn linker lies is niet weggetrokken maar blijft volhardend aanwezig. Het gesjouw met koelelementen heeft na een aantal dagen niet het gewenste effect. Dan toch maar naar de fysiotherapeut. Ik heb een hekel aan zorg, althans het krijgen van zorg. Het geven van zorg vind ik geen enkel punt, mede omdat het mij ook nog een leuk salaris oplevert. Nee, het krijgen van zorg, dat vind ik echt verschrikkelijk!
Na enkele dagen dralen met mijn ziel onder de arm en mijn koelelement in de lies ben ik toch maar actief op zoek gegaan naar een fysiotherapeut. Eentje in de buurt en het liefst een wat ouder en dikker exemplaar. Als het ff kan ook nog een vrouw. In ieder geval niet zo'n strakke sportieve jonge god.
Op 11 maart 2013 toog ik voor de eerste keer sinds jaren als patiënt naar een zorgverlener. Na een korte kennismaking met mijn, van geboorte Noorse, fysiotherapeute Anette (heel jong en niet dik, zij blijkt niet degene op de foto van de website, grrr) moet mijn broek uit. Daar sta je dan in je mooiste onderbroek, je beste sokken, fris gedoucht, met vers geschoren benen in een ietwat kille praktijkruimte.
Het was nog een heel gedoe geweest om mij te kleden voor deze sessie. Je moet tenslotte een goede eerste indruk maken. Allereerst de keuze van onderbroek. Uiteindelijk heb ik toch mijn lievelingsonderbroek ingeruild voor een spiksplinternieuw hagelwit exemplaar.
Geen rafeltjes, geen gaatjes en geen blauwe of roze verkleuring na een wasfoutje. Ten tweede de sokken, na een grondig doorzochte sokkenlade komen er
twee gelijke, van dezelfde kleur en dezelfde lengte te voorschijn. Kortom onderbroek en sokken waren dik in orde. De benen ook maar even, ondanks de
winterse temperaturen, geschoren en met een bodylotionnetje ingevet. Daarna nog even onder de douche gesprongen en opnieuw het inmiddels weggewassen bodylotionnetje opgebracht.
Daar sta ik dus in mijn onderbroek. Gelukkig mag mijn shirt aanblijven. Anette checkt mijn houding en doet allerlei fysiotherapeuterige acties. Op de behandeltafel komt het ware Noorse temperament boven. Ondanks dat de klachten zich in mijn linker lies bevinden stort Anette zich op mijn buikspieren. Met twee venijnige vingers poert ze in mijn buik. Anette legt vrolijk uit dat zij via mijn eerste laag buikspieren op zoek is naar een tweede laag buikspieren. Deze actie is pijnlijk, zo pijnlijk dat mijn buik niet meewerkt. Ook met de volledige hand lukt het Annette niet om mijn zeer goed verdekt opgestelde tweede laag buikspieren te vinden. Dan de lies maar even masseren. Ook deze actie is pijnlijk maar met de tanden op elkaar wel te doen. Na een halfuur pijnbank mag ik mij weer aankleden. Ik krijg 2 dagen rust van deze martelbehandeling maar op de 13e word ik weer terug verwacht.
Op 13 maart 2013 sta ik met knikkende knieën voor Anette. Mijn lies is blauw dankzij de pittige massage van de vorige sessie. De blauwe verkleuring zorgt voor een zachtzinniger behandeling hetgeen toch wel erg prettig is. Heb ik toch een keertje profijt van mijn gevoeligheid voor blauwe plekken. Na de massage krijg ik heuse rode sporttape in de lies en op mijn bovenbeen geplakt. Ik ben nu officieel erkend als atleet!
Die sporttape is trouwens raar spul. Het zorgt ervoor dat de liesstreek op de gekste momenten warm wordt. Ik weet niet of u, waarde lezer, ervaring heeft met een warm wordende lies maar ik denk dan snel aan een gemiste toiletgang.
De afgelopen week heb ik genoten van mijn hippe sporttape ik heb wel een aantal keren verschrikt naar mijn kruis gekeken. Gelukkig geen klachten van spontane lediging van mijn vesica urinaria en de klachten in de lies worden ook minder. Dan maar eens gaan trainen???
Trainingsstage
Mijn blessureleed wordt gelukkig steeds draag'lijker en ik kan vol trots melden dat ik tegenwoordig behoorlijk wat trainingsarbeid verricht. De eerste week van volledige training leverde een gewichtsverlies op van 2 kilo. Heel fijn want extra gewicht moet persoonlijk die berg op worden gesleept. Mijn tweede trainingsweek, een trainingsstage in Marokko, leverde een gewichtswinst van 3 kilo op. Niet zo fijn, 't moet allemaal mee die berg op. De derde trainingsweek moet nog beginnen maar laat ik u eerst eens meenemen naar warm Marokko.
Ja, u leest het goed waarde lezer, ik heb een trainingsstage in Marokko achter de rug. Mijn betrokkenheid ten opzichte van het gehele Stelvio for Life gebeuren is enorm al zeg ik het zelf. Een trip naar Marokko, ik draai er mijn hand niet voor om. Een stuk of 5 vakantiedagen opofferen voor de voorbereiding van de beklimming van de Passo dello Stelvio, ik doe het graag. Een toeslag betalen voor een 1-persoonskamer zodat rust, reinheid en regelmaat gegarandeerd zijn, werkelijk geen enkel punt. Ik kan u als trouwe sponsor natuurlijk niet teleur gaan stellen in augustus. Nee echt, ik meen het, ik doe het met liefde.
Enfin een trainingsstage.
Begin april trok ik, in een luxe touringcar, een top atleet waardig, door Marokko. Daar de reis bij Kras.nl te boek staat als 'De Koningssteden' werd een
groot gedeelte van Marokko doorkruist. Met andere woorden vele, vele uren in de bus. In de bus ging mijn training uiteraard gewoon door. Terwijl mijn
reisgenoten loom onderuit hingen om uit het raam te turen was ik druk bezig met het trainen van mijn gehele spierenstelsel.
Borstspier-, kuitspier- en bovenbeenspieroefeningen alles kwam aan de beurt. Van die laatste oefening is het zelfs mogelijk de intensiteit van de oefening af te wisselen. De oefening bestaat uit het optrekken van de knieën terwijl je rechtop op de stoel zit. In mijn hippe afritsbroek blijk ik iets meer ruimte over te hebben dan in mijn spijkerbroek. Op de spijkerbroekdagen bleken de trainingen dus wat lichter. De met mijn gepierde bovenbenen gevulde spijkerstof liet nou eenmaal niet meer ruimte over om de benen hoog op te trekken.
Overigens is het wel van belang dat alle oefeningen waarbij 2 van dezelfde soort ledematen zijn betrokken in gelijke aantallen worden uitgevoerd. Voor je het weet is één kant van het lijf meer getraind dan de andere. Overontwikkeling van één kant is gevaarlijk bij het beklimmen van een pas zoals de Stelvio. Als de
overontwikkelde en dus zwaardere kant aan de dalkant zit stort je naar beneden. Zonder een urenlange doodsaaie busrit kom je niet op dit soort filosofische gedachten. Werkelijk een trainingsstage in Marokko, ik kan het iedereen aanraden.
Tijdens de reis waren er gelukkig meer trainingsmogelijkheden, te weten de hotelzwembaden. In Beni Mellal trof ik een prachtig buitenzwembad. Het was fris maar zolang ik bleef bewegen was het houdbaar. Driekwartier baantjes trekken maakte van mij een ander mens.
Terug in mijn hotelkamer had ik nog maar kort de tijd voordat het diner begon. Nog even snel optutten dus. Het natte iets te kleine Endurance Speedo badpak dacht daar anders over. Met geen mogelijkheid kreeg ik het kreng uit. Trekkend aan de bandjes in een poging mijn armen te bevrijden brak het zweet mij uit. Hoe hard ik ook trok het lukte mij net niet om de bocht met mijn arm zo te maken dat ik mijn arm door het gat kreeg. De beelden van mijzelf, al springend en sjorrend, in de manshoge spiegel waren niet fraai. Met een rood hoofd van inspanning en woede keek ik mijzelf aan. Dan toch dat zakmes maar in de strijd gooien. Alsof mijn Endurance Speedo badpak voelde dat zijn laatste uur geslagen was kreeg ik net even meer rek waarop mijn arm los schoot! Opgelucht stroop ik de rest van het badpak van mijn inmiddels niet meer zo frisse lijf.
Keurig op tijd en stralend van geluk (weten mijn reisgenoten veel) verscheen ik aan het diner. Ondertussen is de badpak bestelling via Wehkamp.nl onderweg. Ik zwem thuis wel verder.
Voorwiel
Een atleet moet ook wel eens de touwtjes een beetje laten vieren. Altijd maar topprestaties leveren en nooit eens even het geheel in haar totaliteit overzien, dat kan niet goed zijn. Daarom besluit ik op retraite te gaan op de Veluwe. Drie nachtjes een hotelletje in Hoenderloo met alle tijd van de wereld en slechts een klein activiteitenprogramma.
Na een drukke dagdienst in het UMCU rijd ik met een vers gewassen en gepoetste auto naar huis om mijn klaarstaande koffers, tassen en fiets in te laden. Ik besluit mijzelf in de 'relax-stand' te zetten en dat blijkt maar goed ook. Een fiets in een auto proppen moet je absoluut in de 'relax-stand' doen anders zitten er binnen de kortste keren krassen, butsen en deuken in de carrosserie en kettingsmeer op de bekleding.
Mijn doel is de fiets in zijn geheel in de auto te laden. Dus niet het voorwiel eruit maar het voorwiel nog keurig netjes aan de fiets. Waarom wil ik dat? Ik ben bang dat ik het wiel niet goed terugzet in de fiets. Ik ben bang dat ik mijn voorwiel verlies als ik over een hobbeltje fiets. Ik ben bang dat ik op mijn bakkes ga. Deze angst wordt enigszins gevoed door het feit dat in de afgelopen 3 weken 2 fietsmaatjes van mij in het ziekenhuis zijn beland. Allebei moesten ze naar het ziekenhuis en allebei zijn ze behoorlijke beschadigd. Tel daarbij op dat een vage kennis ook vertelde dat zij op haar plaat was gegaan met de fiets omdat de voorvork was gebroken dan kom je op 3 in 3 weken. Betekent dus dat elke week een fietser uit mijn naaste omgeving het asfalt op een zeer intensieve manier onderzoekt. Ik heb geen zin om nummer 4 te worden! Dat voorwiel moet dus in die fiets blijven zitten, klaar!
Een tijd geleden is mijn voorwiel door de fietsenmaker in mijn fiets gezet dus ik weet zeker dat ie goed vast zit. Hij plaatste mijn voorwiel in mijn fiets op mijn verzoek. "Fietsenmaker, mag ik u wat vragen? Zit mijn wiel goed vast? Ik heb dit namelijk nog niet zo vaak gedaan en ik wil even checken of ik het goed gedaan heb." De fietsenmaker kijkt mij vriendelijk aan en checkt mijn arbeid. "Mevrouw, het wiel zit goed vast, het zit alleen verkeert om."
Je schijnt dus ook op het profiel van de band te moeten letten als je zo'n voorwiel plaatst. Kortom ik heb met de resultaten uit het verleden niet zo'n vertrouwen in mijn eigen kunnen op het gebied van voorwielen.
Na een hoop geklooi, om de fiets, hetzij via de achterdeuren, hetzij via de achterklep in mijn Hyundai Accent te proppen, moet ik concluderen dat het met voorwiel niet gaat lukken. Fiets thuislaten dan maar? Mijn twijfel is zeer groot. Ik tuur voor mij uit en zie dat een dikke lelijke pafferige buurman met uitermate veel plezier mijn werkzaamheden volgt. Ik gun die vette kwal natuurlijk geen overwinning en haal mijn voorwiel uit de fiets.
Zonder voorwiel ligt de fiets binnen 10 seconden in de auto.
Aangekomen in Hoenderloo laad ik de auto uit en ga in de 'relax-stand' aan de gang om mijn fiets te construeren. Het gaat soepel. Te soepel? Ik test de fiets door op het parkeerterrein wat sprongen met de fiets te maken. Het wiel blijft zitten en ik ben nog heel. Het zal wel loslopen denk ik opgelucht. Ik bedoel natuurlijk niet loslopen... dat is nou net niet de bedoeling.
De volgende dag rijd ik rond op de Veluwe, ik denk wel 70 km in totaal. Ik weet het niet zeker want door dat gedoe met het voorwiel ben ik vergeten nieuwe batterijen in mijn fietscomputer te stoppen. Het voelt wel minstens als 70 km want door dat gedoe met dat voorwiel ben ik ook vergeten mijn pot Vaseline mee naar Hoenderloo te nemen. Ik weet niet of u wel eens op een smal racezadeltje heeft gezeten zonder het beschermende vette zalfje onder de naam Vaseline? Ik kan u melden da's niet prettig. Bij de eerste sanitaire stop blijk je spontaan te kunnen jodelen.
De strijd tegen de kilo's
Hoenderloo, mijn retraite weekendje, was verder heel rustig zoals een retraite weekendje betaamd. Na mijn tochtje van 80 tot 90 km (de zadelpijn was echt behoorlijk) ben ik lekker in bad gegaan. Wat is een bad toch heerlijk!
Mijn vorige badactiviteit dateerde alweer uit 2010. Even voor de duidelijkheid: ik douche en was mijzelf dagelijks. Ik ben alleen niet in het rijke bezit van een bad.
Enfin, lekker in bad dus.Het was een uurtje of twee in de middag en luid zingend vul ik de badkuip met water en sop. Ik zing luid omdat ik een raar voorgevoel heb. Het is al twee uur in de middag en mijn kamer is nog niet opgeruimd door het kamermeisje. Misschien is dit wel zo'n hotel waar ze de prullenbakjes alleen op verzoek legen en waar je het lege wc-papierrolletje bij de incheckbalie kan omruilen voor een volle. Maar ja, misschien is het kamermeisjes gewoon heel traag en is dit zo'n hotel waar ik dus op elk moment van de dag het kamermeisje in mijn kamer kan tegenkomen.
Heel erg gerust over deze kwestie ben ik dus niet maar om nu te gaan wachten met dat bad totdat het kamermeisje haar werk heeft gedaan daar heb ik ook geen zin in. Ik stink nu, ik ben nu moe en ik heb het nu koud van die fietstocht van zo'n 100 km.
Ja hoor, ik lig nog niet koud in mijn warme bad of ik hoor de krakende stem van het kamermeisje achter het douchegordijn. Het kamermeisje blijkt een kamerdame op hoge leeftijd te zijn, hetgeen wellicht verklaard waarom ze zo gruwelijk laat is. De kamerdame vraagt of ik nog wat nodig heb en of alles naar wens is. Naar wens? Mens maak dat je wegkomt denk ik maar ik meld uiterst vriendelijk dat alles prima in orde is en dat ik helemaal voorzien ben. Nee, ik zeg altijd echt waar het op staat hoor. Als ik de deur weer hoor dichtgaan, kan ik eindelijk van mijn wel verdiende bad gaan genieten.
Zo'n bad met sop is heel goed voor het zelfbeeld. Al drijvend in het bad voel je je zo licht als een veertje. Helaas ben ik niet zo licht als een veertje en dat is het volgende onderdeel van mijn voorbereidingen op de Stelvio. Ik had eigenlijk verwacht met al mijn trainingen al 10 kilo lichter te zijn maar helaas, dat zit er niet dik in. Om toch wat gewicht te verliezen heb ik besloten een crosstrainer aan te schaffen. Op Tell-Sell zeggen ze dat je met 20 minuten per dag binnen 30 dagen een geheel ander lijf hebt. Omdat ze bij Tell-Sell altijd de waarheid vertellen ga ik over tot aankoop. Na 30 dagen wachten op de levering heb ik inderdaad een geheel ander lijf. Er zit weer een paar kilo bij!
Ik geef natuurlijk niet op, dus bestel een crosstrainer bij een ander bedrijf. Binnen 2 dagen wordt een grote doos met allemaal losse crosstrainer-onderdelen bij de voordeur afgeleverd. Ik woon 1 hoog maar i.v.m. de rug van de bezorger is het afleverpunt de begane grond. Zo'n apparaat weegt al gauw een kilootje of 60 en die doos is ook niet echt handig tillen.
In mijn schuurtje sloop ik de doos en breng onderdeel voor onderdeel naar boven. Dit is wel een heel goede training overigens steeds maar weer trap op en trap af. Het hoofdonderdeel, laat ik het maar de body van de crosstrainer noemen, kan niet uit elkaar en moet dus in zijn geheel de trap op. Uiteraard
doe ik alles zelf, vraag geen hulp aan buurmannen of toevallige passanten. Dit varkentje kan ik heus zelf die trap wel op zeulen. Halverwege de trap heb ik
een beetje spijt van mijn eeuwige drift alles zelf te willen doen. De body hangt gevaarlijk te wiebelen op een paar treden. Het zweet gutst van mijn lijf
en mijn horloge prikt in mijn pols. De body is ook lekker glad geworden van mijn zweet. Als het ding gaat schuiven dan heb ik een probleem maar blijven
staan is ook geen optie. Ik adem rustig in en uit en waan mijzelf Superwoman alleen dan zonder blauwe maillot en rood rompertje met een gouden 'S'. Ik veeg alle kracht die ik bezit bijeen en ik til de body de trap op. Met 3 grote stappen sta ik boven aan de trap en laat de body uit mijn handen glijden! 't Is gelukt!
Alle onderdelen van de crosstrainer zijn boven. Nu alleen nog eventjes in elkaar zetten.....
Cruisecontrol
De woeste Noorse zee maakt dat ik mijzelf uit alle macht vasthoud aan de handels van de crosstrainer. Niet alleen vooruit zwiepend zoals het op de crosstrainer hoort maar ook van links naar rechts. Onbedoeld een dubbele training aan de broek.... Dat is het leven van een doorsnee cruiseganger naar de Noorse fjorden. Het was weer eens niet makkelijk om mij te zijn.
Daar alles dit jaar in het teken staat van de Passo dello Stelvio is ook de zomervakantie haarfijn uitgestippeld. Geen dag zonder training en waar kan dat beter dan op een cruiseschip met zwembaden, joggingtrack, sportveld én fitnessruimte. Met een koffer vol sportkleding, vlieg ik naar Southampton alwaar ik zal inschepen op de 'Adventure of the Seas' van de Royal Caribbean.
Een belachelijk luxe schip boordevol Britse bejaarden op scootmobielen. De hut wordt dagelijks maar liefst 2x door mijn hut-steward Marcello gereinigd en opgeruimd en de trapleuning wordt 24/7 gepoetst door een daar speciaal toe aangesteld poetsmeisje.
Bedienend personeel in de restaurants begroeten de gasten met applaus als zij het etablissement betreden. Rare jongens die zeelui.
Naast de dagelijkse bioscoopfilm en theatervoorstelling train ik anderhalf tot twee uur in de fitnessruimte. Gelukkig is de zee niet dagelijks zo woest als hierboven beschreven maar het is wel über slecht weer. Regen en wind, het is niet te hachelen op het dek, dus buitensporten zit er niet in deze reis. Daar komt bij dat ik geen fikse longontsteking ambieer dus deze dame blijft mooi binnen.
Het volk in de fitnessruimte op een cruise is opmerkelijk te noemen. Er zijn echte sportievelingen die weten hoe zij zich moeten kleden maar zelfs dan gaat het
nog wel eens mis. Er is een dunne dame van rond de 60 aan het hardlopen op de loopband. Gekleed in een heel kort sportbroekje en dan bedoel ik ook heel kort, loopt zij mijl na mijl. Na een tijdje werpt zij haar t-shirt uit en dat had ze beter niet kunnen doen. Slechts gekleed in dat hele korte broekje en een sport-BH zijn alle huidplooien zichtbaar. Mevrouw is absoluut niet te dik, oké, maar dat wil niet zeggen dat dit een smakelijk gezicht is. Dunne vellen fladderen rondom de BH bandjes dat het een lieve lust is. Ik heb gelukkig nog niet gegeten en de zee is vrij kalm op het moment, anders had ik misschien wel moeten vomeren!
Er zijn ook bezoekers in de fitnessruimte in hun dagelijks C&Atje. Eerst een beetje loeren naar de sporters en dan toch ook wel op zo'n machine willen. Beetje wippen op een crosstrainer, beetje wandelen op de loopband en beetje pedellen op de hometrainer. Eerst geen druppie zweet maar na een tijdje vormen de zweetvlekken zich bij oksels, borst, rug en bilnaad. Lekker fris om vervolgens glimmend van het zweet eerst een prakkie te gaan eten in het restaurant. Het kan allemaal op de 'Adventure of the Seas'.
De laatste dag van de cruise wordt sportief gezien een diepte punt. Het is stil in de fitnessruimte dus ik besluit de enige nog in werking zijnde hometrainer te confisqueren. Een klein uurtje fietsen kan geen kwaad. Na een half uur komt de zus van mrs Slocombe bij de fiets staan. 'Moet je nog lang?' vraagt ze in Brits-Engels . 'Nog 'n half uurtje' hijg ik. Ik zie het smoelwerk betrekken. Ze loopt wat te dralen rondom de fiets en vraagt: 'Kan je het niet wat inkorten?'. 'Nee, ik ben
in training' zeg ik met een glimlach. Zus Slocombe verdwijnt al mopperend. Ik denk nog, deze slag is voor mij.... Te vroeg gejuicht. Na een minuut komt madame weer terug. 'Je mag maar 15 minuten op die fiets, dat is de regel' blaft zus Slocombe. 'Staat nergens' meld ik met een geïrriteerde blik op die rotkop. 'Ik heb het nagevraagd bij die jongen daar' en ze wijst naar de strakke knul achter de balie. Hij trekt meewarig zijn schouders op. Het knulletje is bang voor
Slocombe, da's duidelijk. '#$@@#' meld ik in vloeiend Nederlands. 'Ik moet nog wel even de coolingdown doen anders gaat het mis met de spieren'. Na 10 tergend langzame minuten op de fiets glijd ik van het zadel. Ik heb zo'n zin om een vechtsport uit te proberen op het hoofd van zus Slobombe maar zoals gewoonlijk houd ik mij weer in.....
Stelviostress
De Stelviostress slaat in de laatste weken voor de beklimming genadeloos toe. Mijn brein is niet meer in staat normaal te functioneren. Het is één grote warboel in de bovenkamer. Gelukkig zijn er nog geen ongelukken gebeurd en ik heb tot nu toe al mijn eigen rariteiten nog net op tijd opgelost.
Twee weken voor vertrek naar Italië check ik nog even de route naar mijn hotel. Ik heb gereserveerd bij Hotel Post, een prima hotel voor de kleine verpleegkundige beurs. De routeplanner wordt wat geïrriteerd als ik blijf volhouden dat Hotel Post in Bormio ligt. De routeplanner vindt dat Hotel Post in Trafoi ligt. Ik trek uiteindelijk aan het kortste eind. Hotel Post ligt inderdaad in Trafoi. Dat hoeft helemaal geen probleem te zijn ware het niet dat Trafoi aan de verkeerde kant van de Passo dello Stelvio ligt. Ik kan natuurlijk doen alsof mijn neus bloedt want ik heb de ideale reden in handen om de beklimming niet te kunnen doen. Helaas ben ik goud eerlijk en boek een ander hotel.
Voor Italië ga ik ook nog een week naar Zwitserland voor een hoogte stage. In mijn Stelvio gestrestste brein heb ik mijn vertrek op donderdag 22 augustus vastgelegd. Niet op woensdag 21 augustus, niet op vrijdag 23 augustus, neen, op donderdag 22 augustus. Met een wagen volgeladen ga ik dan ook op donderdag 22 augustus op weg naar Zwitserland. Mijn reis verloopt de eerste 30 km zeer voorspoedig. Dan kom ik in de eerste file terecht. Na 5 minuten vloeken, tieren en timmeren op mijn stuur zie ik in dat deze manier van coping niet helpt en besluit wat leesvoer te pakken. De papieren van mijn B&B Niederstocken liggen bovenop. Even kijken hoe laat ik er ook alweer terecht kan. Vanaf 17.30 uur. Geen enkele haast dus. Zie ik nou vrijdag 23 augustus
staan als dag van aankomst? Kan toch niet? Is toch niet waar? Vast een fout in de print! Mijn smart Phone geeft helaas dezelfde datum. Ik ben verdorie 1 hele
dag te vroeg onderweg!
Ik bekijk na mijn eerste schrik de 4 opties die ik heb. Optie 1 is terugkeren naar huis en de hele santenkraam weer uit de auto trekken en morgen op herhaling. Optie 2 is gewoon naar Zwitserland rijden en bij de B&B net doen of ik gek ben. Optie 3 is in de auto slapen en optie 4 is op zoek naar een hotel voor één nacht.
Optie 1 vervalt wat mij betreft direct omdat ik een koelbox vol lekkernijen heb die vandaag op moeten anders kan het in de kliko. Mijn eigen gebraden gehaktballetjes gaan het niet nog een dag volhouden en de vers gebakken pizza is morgen te droog om door de keel te krijgen. Het gekookte eitje ruikt nu al een beetje en die komkommer ziet ook al een enigszins bleek. Nee, die koelbox moet vandaag leeggegeten worden. Daar komt nog bij dat ik natuurlijk enorm voor schut ga voor de buren!
Optie 2 is ook niet echt een goed idee. Oké, ik ben een beetje gek maar om dit nou bewust te gaan profileren. Optie 3 mag niet van mijn vader. Dus het wordt optie 4
Nog steeds muurvast in de file zoek ik een hotel in Noord Zwitserland en ik vind er één met een binnenplaats zodat de auto veilig staat. Hoef ik dat kreng tenminste niet helemaal uit te pakken vanavond. Het hotel is best chique: Schloss Böttstein in het piepkleine plaatsje Böttstein. Ik vind de naam overigens ook wel passen bij de lichamelijke klachten die ik zeker ga krijgen deze week.
Böttstein vinden zonder TomTom is een verzoeking. Ik reis nog ouderwets met de gratis te verkrijgen wegenkaarten bij de ANWB. Dit ouderwetse gedrag gaat mij nu parten spelen. Op de gratis ANWB kaart staat dat kleine gat natuurlijk niet. Wordt het dan toch een nacht in de auto doorbrengen? Dan gaat de hemel open en zie ik een piepklein bordje Böttstein. Het lijkt wel het kerstverhaal!
Het slot is prachtig, op de binnenplaats mag je niet parkeren dus de auto staat buiten de muren. Ik laat het zo...met een beetje mazzel wordt mijn fiets uit de auto gejat en dat zou heel erg vervelend zijn.....zucht.
Hoogtestage
Na alle beslommeringen om goed en wel in het Zwitserse Niederstocken terecht te komen is het nu echt zaak om de trainingspuntjes op de i te gaan zetten.
Hoe graag ik deze ellende nog lange tijd zou willen uitstellen met bijvoorbeeld ongeveer een jaar, wordt het nu toch echt tijd om daadwerkelijk
een fietstraining in de bergen te gaan doen. Of in mijn geval om überhaupt een fietstraining te gaan doen.
Het eerste trainingsrondje gaat rondom de Thunersee in Berneroberland. Dat rondje heb ik vaker gedaan, al was dat in mijn jonge jaren. Zoals bij elk rondje kan de keuze worden gemaakt deze klokwijs of antiklokwijs uit te voeren. Ik kies voor klokwijs daar de grootste klim op deze manier een iets vriendelijker karakter krijgt. Wat overigens voor mij wel nieuw is aan deze route is het stukje Niederstocken naar de Thunersee.
Hier maak ik mij echter niet druk om want ik volg mijn onmetelijk goed ontwikkelde vrouwelijke richtingsgevoel en ga op weg.
Na een kleine klim volgt er een enorm lange daling richting Thun. Een daling met heuse haarspeldbochten. Ik word een beetje zenuwachtig van deze actie. De wet van behoud van hoogte zegt mij, dat wat ik daal ik ook weer zal moeten stijgen. Aangezien ik een rondje aan het fietsen ben zal deze wet vandaag ook op mij van toepassing zijn. Ik besluit om op de terugweg het plaatsje Niederstocken van een andere kant te gaan benaderen. Ik val bijna van mijn fiets van deez' enorm intelligente gedachtegang. Enfin terug naar de training.
Na een halfuurtje en zo'n 10 km verder rijd ik Thun binnen. Een prachtige plaats al ben ik niet meer in staat om te genieten van deze idylle. Ik lijd aan enorme zadelpijn. En dat na slechts 10 km! Ik check of ik mijn zadel wel heb meegenomen en dat blijkt prima in orde. Ik heb vanmorgen toch mijn hele zadelgebied minutieus dicht staan stukadoren met een hoge kwaliteit Vaseline. Ik moet haast wel aan een zeldzame derriere aandoening lijden, kan niet anders.
Hoe ernstig mijn lijdensweg ook is, ik ga door met deze training. Na de klim bij Beatenbucht volgt een snelle daling. Jammer alleen van die paardenvliegen. Als scudraketten klappen ze in mijn gezicht en op mijn armen. Eén vlieg probeert zelfs de weg naar mijn oesophagus te vinden. Hier kan ik nog net op tijd mijn tong voorsteken. Wat kan de natuur, indien niet gefrituurd toch smerig zijn.
Bij Interlaken aangekomen ben ik over de helft van deze 'Thunersee ronde'. Wederom een klim die ik moet bedwingen. Met mijn tong nagenoeg tussen de spaken word ik door een man op een normale stadsfiets ingehaald. Het feit dat hij minstens 80 jaren telt raakt mij diep in mijn zelfvertrouwen.
Bijna terug in Niederstocken breekt er een noodweer los. Het begint vriendelijk met wat verfrissende drupjes maar al gauw regent het pijpenstelen. Het deert mij niet en ik fiets, inmiddels absoluut niet meer vrolijk, verder. Ik heb een afslag gemist en tot groot ongenoegen mijnerzijds sta ik onderaan de klucht die ik
eerder deze dag gezworen heb niet te gaan beklimmen. Ik breek mijn belofte en peddel in de stromende regen naar boven.
Valt nog niet eens tegen...maar op het moment dat ik dat denk flitst de bliksem om mijn oren. Wat heb ik nou weer gedaan? Waar heb ik dit aan verdiend? Ik zet mij dagelijks in voor de zieke medemens, ik scheid mijn afval, ik zorg voor mijn oude vader, ik help bejaarden bij het oversteken....
Ik heb natuurlijk wel weer een prachtige reden in handen om niet de Passo dello Stelvio op te hoeven fietsen. Ik zie de krantenkoppen al voor me 'Heldhaftige fietser wordt getroffen door bliksem'. Voordat ik mij op een mooi hoog punt kan opstellen met een paraplu in de hand is het onweer alweer overgetrokken. Enigszins teleurgesteld fiets ik terug naar mijn B&B in Niederstocken.
Appeltje-eitje (deel 1)
De grote dag der beklimming van de Passo dello Stelvio is aangebroken. De spanning giert door mijn lijf en in het bijzonder door mijn colon. Weinig nachtrust is mij ten deel gevallen deze nacht. Elke uur heb ik langs zien komen en elk uur heeft het toilet mij langs zien komen. Uitermate uitgerust en vol goede moed ga ik dus aan deze dag beginnen.
Na een uitgebreid ontbijt ga ik mij op fiets, outfit en rugtas storten. Ik reken op elke omstandigheid zowel op meteorologisch- als op sociaal gebied. Eerst de rugtas maar eens vullen. Zonder borstel ga ik nooit op pad dus dat is item 1. Vervolgens vinden portemonnee, zonnebril, extra jasje, deodorant, smart Phone (zonder buitenlandbereik), energy repen, handdoekje, zakdoekjes, pen, fototoestel, puzzelboekje, zonnebrand en 3 halve liter flesjes water de weg in allerlei
vakken van deze reuze handige rugtas. De rugtas heeft wel één nadeel, hij stinkt inmiddels als een dooie bunzing door al het zweet wat zich in de voorgaande week in de tas heeft weten te nestelen. Om de lucht voor te blijven is het zaak om zoveel mogelijk tegen de wind in te fietsen. Ik besluit dat de rugtas na deze dag in de vuilnisbak zal belanden want als ik tijdens de terugreis naar Nederland grenscontrole krijg denkt men vast dat ik een chemisch wapen bij me heb.
Na het vullen van de rugtas trek ik mijn fietskleding aan. Om zadelproblemen te voorkomen komt de Vaseline stukadoorsklus weer om de hoek kijken. Ik besluit het zekere voor het onzekere te nemen en plemp de halve pot Vaseline in het zadelgebied plus nog een extra marge van vijf centimeter. Fietsbroek lekker aandrukken, even zitten en de boel zit gehecht voor het leven. Deze hoeveelheid Vaseline geeft het gevoel van een defecatieongelukje. Met moeite zet ik mij over deze gedachten heen. Vanmiddag op de top zal ik bij de eerste lediging van de vesica urinaria blij zijn met deze Vaseline actie. De gehele outfit is natuurlijk zwart want dat kleed zo lekker af. Achteraf had ik misschien toch even in de spiegel moeten kijken want vanaf een bepaald moment kleed ook zwart niet meer lekker af..... helemaal niet met zo'n idiote helm op het hoofd.
De fiets heeft weinig aandacht nodig. Twee gevulde bidonnetjes aan het frame maakt de totale vochtvoorraad dik 3 liter. Volgens enkele teamgenoten moet ik de fiets zo ver mogelijk strippen om zo licht mogelijk de berg op te gaan. Spatbordje moet eraf volgens deze cracks en de ventieldopjes kunnen ook best in Bormio blijven. Elke gram minder maakt de beklimming makkelijker. Ik laat het uiteraard allemaal lekker op de fiets zitten. Ik ben een Zeeuw van geboorte net als Johnny Hoogerland en ik kan mij niet voorstellen dat Johnny het eens zou zijn met deze pietluttigheid.
Mij volledig stoer voelend stap ik kwiek op de fiets en peddel bergafwaarts richting marktplein alwaar de start van dit feest zal zijn. Om precies 09.30 uur vertrekt de stoet op weg naar de top. Ik pak gelijk de koppositie om vervolgens deze ook gelijk weer af te geven en nooit meer terug te krijgen.
Voordat wij daadwerkelijk de Passo dello Stelvio oprijden zijn er reeds enkele honderden meters gepasseerd. Mijn ademhaling zit al in mijn keel en heeft de neiging nog verder omhoog te schieten. Ik vermoed dan ook dat binnen zeer korte tijd het stoom uit mijn oren zal komen. Eigenlijk ben ik al toe aan mijn eerste rustmoment maar ik ben sterk en zet dit oergevoel nog even van mij af. Voor ik het goed en wel in de gaten heb is de eerste loper mij al voorbij. De sfeer is dusdanig gemoedelijk dat wij elkaar een goede klim wensen alvorens onze wegen zich scheiden. Luttele seconden hierna volgen er nog
meer fietsers en lopers. Bij kilometerbordje 3 heb ik de rode lantaarn al te pakken. Met rode lantaarn aan mijn stuur stop ik zonder schroom voor de eerste rustpauze. Lekker slokje drinken, lekker hapje van de energy reep en even de benen strekken. Rustig aan opbouwen heeft men mij verteld en pas op voor hongerklop.
Appeltje-eitje (deel 2)
Vastbesloten de rode lantaarn in mijn bezit te houden tot de top van de Passo dello Stelvio vervolg ik, op mijn dooie gemakje, mijn weg. Om eerlijk te zijn ben ik al zo moe dat dit 'dooie gemakje' eigenlijk mijn uiterste krachtsinspanning is. Ach, ik moet helaas vaststellen dat ik vandaag 'de benen niet heb'.
Ik ga er vandaag dus noodgedwongen een dagje van maken. In mijn hoofd speelt regelmatig de peptalk van de vorige avond. Eddy heeft het zo goed weten te verwoorden: "Elke stap of elke omwenteling van je trappers maken dat je steeds een stukje dichter bij de top komt." Ik gun Eddy de Nobelprijs voor de logica en trap keer op keer mijn trappers rond. De andere tip om toch vooral gebruik te maken van alle verzorgingsposten neem ik uiteraard ook gretig aan. Ik drink water en thee en eet bananen alsof ik Bokito zelve ben. Werkelijk ik heb nog nooit zoveel fruit gegeten op één dag. Straks krijg ik nog een vitamine-insult.
Bij de verzorgingsposten vermaak ik mij met het voeren van gespreken met mede atleten en het maken van foto's met de zelfontspanner. Lekker zitten bij de verzorgingsposten is vergelijkbaar met een terrasje pikken. Fietsers en lopers van allerlei pluimage trekken langs. Meest opvallend en minst aantrekkelijk is een Italiaan op een glimmende racefiets met een soort wit badpakje. Sowieso zijn per definitie de mannen in witte fietsbroekjes het minst appetijtelijk om naar te kijken. Een wit fietsbroekje kan je eigenlijk maar één keer dragen want na de eerste wasbeurt heb je in- of doorkijk. Ik weet waarover ik praat want ik rijd al
jaren overal en altijd achteraan in het peloton. Ik zie dan ook heel veel verwassen witte fietsbroekjes. Een wit fietsbroekje past eigenlijk prima in de categorie Crocs, Dacia Logan en ligfietsen in de vorm van zetpillen.
Ook tussen de verzorgingsposten in vermaak ik mij prima. Het zonnetje schijnt en de omringende natuur is prachtig. Vooral de vergezichten naar het dal zijn
adembenemend. Ik kijk graag naar beneden en zet daarom bij ongeveer elke bocht mijn fiets even aan de kant. Mijn fiets zet ik dan met het voorwiel naar het
dal geparkeerd zodat het lijkt dat ik reeds op de terugweg ben. Dit doe ik natuurlijk niet om op te scheppen maar om medelijden en goedbedoelde bemoeienis
te voorkomen. Zodra de langskomende klimmers uit het zicht zijn draai ik mijn fiets weer om en ga verder met deze martelgang.
En een martelgang wordt het, vooral vanaf kilometerpunt twaalf. De eerste wielrenners van de Barcode for Life familie komen al weer van boven gezoefd. Niet lang daarna komt ook nog eens de enige Barcode for Life wandelaar mij voorbij. Stevige tred, geen spoor van vermoeidheid en opperbest gehumeurd. Allemaal eigenschappen die ik allang niet meer bezit op deze kolere pas. Ik heb pijn in mijn rug door die rot fiets en ben genoodzaakt te gaan lopen. Ik twijfel of ik mijn fiets over de vangrail ga kieperen. Maar de financiële kant van deze actie doet mij besluiten het kreng toch maar mee naar boven te sleuren. Door dat gesjor aan die fiets heb ik na een paar bochten een blaar op mijn voet. Wat een ellende! En die rot zon is ook veel en veel te warm!
Het 'leuke' kerkje wat ik tussendoor nog even bezoek stelt ook geen reet voor en als ik dan ook nog wordt nagefloten door een dikke Alpenmarmot is mijn humeur gedaald tot onder het nulpunt. Wat denkt die suffe pluizenbol wel! Als ik in mijn rugtas eindelijk iets gevonden heb om naar dat arrogante koppie te gooien is die 'bontjas to be' alweer lang en breed verdwenen.
Dan komt na uren en uren de finishlijn in zicht. Tien maanden geld inzamelen en trainen komen tot een eind. Waarom? Voor Barcode for Life maar ook voor ma Vulperhorst. Vorig jaar op 23 augustus overleed zij op 80-jarige leeftijd aan slokdarmkanker. Vandaag reed zij met mij mee. Ze zat op de stang van mijn witte offroad bike. Ma was dol op de bergen en heeft vandaag dan ook genoten met volle teugen. Samen komen wij over de finish. De ontvangst van mijn Barcode for Life familie is overweldigend. Ma is trots en ik..... ik ook wel een beetje.